GIS in het Voortgezet Onderwijs – Wanneer inzetten?
Na mijn vorige post, de voordelen van GIS, wil ik met deze post verder gaan met wanneer je GIS kan inzetten in het Voortgezet Onderwijs. Bij welke vakken en en werkvormen is GIS waardevol en wanneer kan het effectief ingezet worden, met natuurlijk verschillende voorbeelden.
Er zijn verschillende manier om GIS in te zetten. In de onderstaande tabel zijn deze vijf manieren weergegeven. Het onderscheid hiertussen is zeer belangrijk. Na mijn idee zal de focus vooral op geografie moeten liggen. Hierbij is natuurlijk wel de kennis van de geografische technologie nodig, dus op sommige momenten zal de focus op technologie niet ontbreken, om het programma te leren kennen. Omdat GIS wordt ingezet om het vak zelf te ondersteunen is de focus op geografie (of een ander onderwerp, bijvoorbeeld biologie) het belangrijkste. Dan kom je al snel uit bij lesgeven met GIS en leren met GIS en voor grote projecten zoals het profielwerkstuk bij onderzoek met GIS. 2 is dus het laten zien van dingen door middel van GIS, vaak met behulp van de beamer. Bij 4 geef je de leerlingen een opdracht over geografie die ze moeten beantwoorden door GIS te gebruiken, hierbij zullen ze zelf achter de computer zitten. als laatste kunnen de leerlingen bij nummer 5 zelf onderzoek gaan doen met GIS, ook hiervoor zullen ze zelf achter de computer zitten maar je zult ze ook in het veld terugvinden om data te verzamelen.

5 manieren om GIS in te zetten in het VO. 2013, Tim Favier
Je kan GIS goed gebruiken bij het vergaren van inzicht in geografische spreiding van een fenomeen. Bij biologie kan je hierbij denken aan de locatie van flora en fauna soorten. Bij economie weer aan de locatie van klanten van een winkel, hierbij kan GIS extra informatie bieden zoals welvaart om de spreiding beter te begrijpen. Bij aardrijkskunde kan je het gebruiken om de grondsoorten bij jou in de buurt te ontdekken of om steensoorten in de directe omgeving op de kaart te zetten. Maar ook voor sociale geografie kan het gebruikt worden, patronen van de verplaatsing van mensen door een stad kunnen in kaart gebracht worden.
Als voorbeeld: Geef de leerlingen een aantal kaartlagen (in een GIS systeem) en een vraag (waarom zijn er op sommige plekken op de wereld meer vulkanen dan op andere plekken?). Ze moeten dan zelf aan de hand van de kaartlagen het probleem oplossen. In dit geval hebben ze voor het antwoord een kaartlaag van vulkanen en de tektonische planten/breuklijnen nodig. Om het ingewikkelder te maken kan je ook andere kaartlagen toevoegen die ze niet nodig zullen hebben om de vraag te beantwoorden. Met deze opdracht zullen de leerlingen zelfstandig en probleemoplossend leren werken en zullen ze de stof/regel (vulkanen vind je vooral bij breuklijnen) beter onthouden door de bijzondere en interessante manier van aanbieden en omdat ze zelf tot het antwoord zijn gekomen.
Projecten (vakoverstijgend) lenen zich erg goed voor het gebruik van GIS. Er zijn veel onderwerpen waarbij locatie een rol speelt en met GIS kan dit goed duidelijke gemaakt worden. Denk aan de mogelijkheden van GIS in het profielwerkstuk van leerlingen of als je met leerkrachten van andere vakken een project wil opzetten over bijvoorbeeld klimaatverandering (scheikunde en aardrijkskunde), wereldvoedselvraagstuk (biologie en aardrijkskunde) of over volksmigraties (geschiedenis en aardrijkskunde). GIS kan in sommige gevallen goed werken om onderzoeken mee te doen maar ook om bekende verschijnselen te laten zien door middel van bestaande bronnen. Voor geschiedenis is de website topotijdreis zeer nuttig, hierin kan je in een interactieve omgeving kaarten van 100 jaar geleden tot nu bekijken. Zo kan je uitbreiding van steden goed volgen maar ook ontdekken hoe de eigen omgeving er vroeger uit zag.

Veldwerk 2.0
GIS kan erg goed ingezet worden bij veldwerk, excursies en speurtochten. Het is niet meer nodig om leerlingen met pen en papier naar buiten te sturen en de rug van klasgenoten hoeft niet meer gebruikt te worden als tafel. In dit geval gaat GIS super goed samen met de smartphones van studenten. Door gebruik te maken van een app die ze met wifi installeren kunnen ze onderweg vragen beantwoorden, locaties opslaan en gebruik maken van navigatie. Zonder hun databundel te ‘verspillen’ aan school want eenmaal bij (school-)wifi aangekomen kan alles gesynchroniseerd worden en kan je als leerkracht al hun data in de kaart bekijken.
Hiermee kan je ze een stuk gemakkelijker opdrachten geven, bijvoorbeeld het registeren van steensoorten in de omgeving, met een actuele gps locatie, een foto en notities. Maar ook de inrichting van de openbare ruimte kan in kaart gebracht worden door de leerlingen bij elk object een punt op de kaart te laten zetten met een bepaalde categorie (bankje, prullenbak, lantarenpaal enz.), beschrijving en foto. Voor biologie kan dit zelfde idee gebruikt worden voor plantensoorten of voor directe registratie van de locatie van een grond- of watermonster.
In mijn volgende post zal ik concrete voorbeelden geven van toepassingen met GIS die goed te gebruiken zijn in het Voortgezet Onderwijs.